Over filantropie

18-05-2022

Nationale held van liberaal Nederland Sander Schimmelpenninck schreef in de Volkskrant over ‘filantrokapitalisme’ (Het win-win van filantrokapitalisme is een illusie; wie goed wil doen moet inleveren). In dat stuk stelt Schimmelpenninck dat echte filantropie de oplossing is voor ondernemers die onder het mom van duurzaamheid en over de rug van anderen rijk proberen te worden. 

Maar het is natuurlijk een misverstand dat filantropie deel uit zou kunnen maken van welke oplossing dan ook. Sterker nog: filantropie is al eeuwenlang een belangrijk onderdeel van het probleem, omdat het wordt gebruikt als een manier om de onderdrukten zoet te houden. Nee, wie echt goed wil doen moet de dominante liberale ideologie aanpakken; voordat de volgende crisis een feit is.

De Franse gele hesjes waren een voorbode van wat Nederland te wachten staat als onze liberale democratie niet verbeterd wordt tot een echte democratie. U weet wel, zo eentje van, voor en door het volk.

De illiberale autocraat Macron liet de opstand van die gele hesjes tegen zijn afbraakpolitiek genadeloos neerslaan, ten koste van 14 doden, 3000 gewonden (waarvan 94 zwaargewond), 4 mensen met verminkte handen en 17 mensen die een oog moeten missen. 

En dit soort genadeloze repressie door een kleine liberale elite die bang is haar macht te verliezen, is alles behalve nieuw. Al sinds de 18-de eeuw heerst de liberale bourgeoisie met ijzeren vuist over Europa. Dè manier voor die bourgeoisie om haar macht te behouden is het uitpersen van de gewone man, en het beperken van zijn kiesrecht. En als de nood echt te hoog wordt dan deelt men met frisse tegenzin wat grijpstuivers uit; als laatste redmiddel tegen een massale volksopstand. Een opstand die altijd weer bloedig neergeslagen wordt, want bij revoluties komt de gewone man altijd als verliezer uit de strijd.

Het uitdelen van grijpstuivers noemt de bourgeoisie graag filantropie, oftewel particuliere liefdadigheid - dat wordt gezien als hèt alternatief voor gerichte overheidssteun aan mensen die het echt nodig hebben. Gerichte overheidssteun wordt door de klassiek liberale religie namelijk gezien als het Kwaad, vanwege het misverstand dat de onzichtbare hand van de markt (als equivalent van de onzichtbare hand van God) er voor zorgt dat alles altijd goed komt.

En er is weinig reden om te denken dat er serieuze verbeteringen worden voorbereid door onze eigen Mark Rutte, die zichzelf klassiek liberaal noemt maar in werkelijkheid vooral een illiberale autocraat is, die een (neo)liberale politiek voert. 

De hiermee gepaard gaande afbraak van Nederland en de toenemende onvrijheid komen voort uit een visie. Want ook al zegt Rutte dat hij voor visie wel naar de opticien gaat: ook hij heeft natuurlijk een visie, en die visie is dat niet de overheid maar de onzichtbare hand van de markt moet regeren. Gaat dat niet goed dan moet de overheid geld geven aan bedrijven in plaats van aan mensen die het echt nodig hebben. 

Dankzij Rutte gaat de rijdende trein op volle kracht 'vooruit'; in de richting van steeds meer liberalisme. Eén van de meest stuitende voorbeelden was denk ik nog wel het feit dat de afgelopen jaren niet alleen tienduizend ziekenhuisbedden verdwenen in Nederland, maar dat zelfs in corona tijd nog op bedden werd bezuinigd, onder druk van de door het neoliberale Brussel gewenste ‘hervorming' van (lees: bezuiniging op) de gezondheidszorg. 

Mijn links blijft ondertussen libertair; met federalisme en soevereinisme op nationaal niveau, met communalisme en een president die rechtstreeks door het volk wordt gekozen; voor een eenmalige periode van 7 jaar. Met tussentijdse parlementsverkiezingen die het imperatieve mandaat van die president op het spel zetten, met bindende referenda op initiatief van de bevolking, en in het algemeen met een staat die hard is voor de sterken - en zacht voor de zwakken.

Een staat die gerichte steun geeft aan de mensen die het echt nodig hebben, in plaats van aan bedrijven van liberale parvenuen die een klein beetje van de winst die ze maakten met luchthandel of een deel van het geld dat ze stalen van de armen, weer zeggen te willen inleveren.

J. Mekkes